M.B. t. Nederland, EHRM 23 april 2024, nr. 71008/16
Een Syrische vluchteling heeft in Nederland asiel aangevraagd, maar werd in detentie gehouden wegens een strafrechtelijk proces waarbij hij verdacht werd van terroristische activiteiten. Na een initiële veroordeling, werd hij in beroep vrijgesproken. Hij is ook aangehouden en vervolgens strafrechtelijk veroordeeld vanwege het beramen van terroristische activiteiten, al had hij ondertussen de initiële gevangenisstraf (tien maanden) reeds uitgezeten. Op de dag dat hij weer vrijkwam, werd hij in vreemdelingenbewaring gehouden. Dit zou noodzakelijk zijn voor de behandeling van zijn verzoek tot internationale bescherming. Gedurende die behandeling werd klager in vreemdelingenbewaring gehouden. Het EHRM stelt voorop dat M.B. nog niet rechtmatig in Nederland was en dat bewaring op zichzelf in overeenstemming was met art. 5 lid 1 (f) EVRM.
Omdat het asielverzoek eerder had kunnen worden behandeld en M.B. niet al bij binnenkomst in bewaring is genomen, acht het Hof de bewaring niettemin willekeurig en strijdig met art. 5 lid 1 (f) EVRM.
Europees Hof voor de Rechten van de Mens, 23-04-2024