F.D. en H.C. t. Portugal, EHRM 7 januari 2025, nr. 18737/18
Na de scheiding van F.D. en zijn partner is het gezag over hun zoon, H.C., toegewezen aan de – in Frankrijk woonachtige – moeder. Omdat zij ging samenwonen met een nieuwe partner, O., die volgens F.D. gewelddadig was, nam F.D. zijn zoon mee naar Portugal. O. procedeerde wegens kinderontvoering en werd in het gelijk gesteld, waarna H.C. via dwangmaatregelen is teruggebracht naar Frankrijk. Het EHRM wijst op grote onzorgvuldigheden in de procedure, met name het ontbreken van rechterlijke toetsing en horen van H.C. en F.D. en het inzetten van een dwangmaatregel jegens een zevenjarig kind. Art. 8 EVRM is dan ook geschonden.
Europees Hof voor de Rechten van de Mens, 07-01-2025